Fase 3: Veiligheidsateliers (300 ateliers, 2 jaar)
In de veiligheidsateliers dachten leidinggevenden en medewerkers dus samen na over leiderschap en gedrag. De dynamiek die hier ontstond was heel belangrijk: er konden pijnpunten worden benoemd, maar er werd ook samen aan oplossingen gewerkt. Waar staan we vandaag en waar willen we naartoe? En hoe?
Het begin was niet gemakkelijk: in een bedrijf waar dat niet de gewoonte is, laat je mensen ventileren over wat zij vinden dat er niet goed loopt. Dat loopt even storm. Dat moet je kunnen kanaliseren en richten naar een constructief nadenken over oplossingen. Daar heb je goeie begeleiding voor nodig.
Aan het eind van een atelier werd ook een persoonlijk engagement uitgedrukt, visueel gemaakt met foto’s en cartoons, zodat het echt bijna “tastbaar” werd.
Wat ontzettend belangrijk was, was de steun van ons management. De inschrijvingen voor de ateliers liepen in het begin bijvoorbeeld niet vlot: geen tijd, geen zin, we moeten onze quota halen, … Je moet het paard naar de vijver krijgen voor je het kan laten drinken. Onze productiemanager, Jan Maris, geloofde vanaf de start in het project en liet dit ook blijken. Hij onderstreepte het belang van een brede deelname aan de ateliers en zorgde ervoor dat mensen zich konden vrijmaken om ze te volgen.
Ook de afdeling Carobouw heeft als trekker een belangrijke rol gespeeld. De motivatie van Marc Van Heizele, afdelingshoofd, was aanstekelijk: hij en zijn team kwamen met frisse ideeën die verder bouwden op de ateliers en het streven naar veiligheid op het werk.
st-block-7Zij hebben in het ganse traject een voortrekkersrol blijven spelen en hun enthousiaste reacties en de resultaten die zij haalden met hun vernieuwde aanpak werkte zo aanstekelijk dat er zelfs een gezonde vorm van competitiviteit ontstond.